De Nol

Ankerplaats ID:A10001

Omschrijving

Het landschap van ‘De Nol’ is gelegen op grondgebied van de gemeenten Kalmthout en Essen in het noorden van de Antwerpse Kempen. De begrenzing van deze ankerplaats wordt gevormd door de Huybergsebaan in het noorden, Noordeind in het oosten, de Kalmthoutse Heide in het zuiden en de verbindingsstraat in het westen. Ankerplaast ‘De Nol’, die direct aansluit bij de noordelijke grens van de Kalmthoutse Heide, heeft, als voormalig vooral turfwingebied, vooral een belangrijke cultuurhistorische waarde. Van de 14de tot de 18de eeuw werd er in dit gebied op grote schaal turf gewonnen. Vanuit het gebied van ‘De Nol’ vertrokken verschillende turfvaarten waarvan de Oude Moervaart (1358) , de Roosendaalse Vaart en de in 1719 gegraven vertakkingvaart de bekendste zijn. Via deze vaarten werd de turf naar de verhandelingcentra van Bergen-op-Zoom, Roosendaal en Breda getransporteerd. Delen van dit voormalige vaartenstelsel zijn nu nog te herkennen in de grachten en beken van het gebied en vormen daarmee opvallende ruimtelijk-structurerende landschapselementen. De Roosendaalse Vaart is de bekendste, maar ook de Oude Moervaart kan nog als kleine loop worden herkend. De turfwinactiviteit was gedurende eeuwen van essentieel belang voor de streek, die veenontginningen als belangrijkste activiteit had. De turfwinning heeft ook op het gehele landschap een belangrijke invloed gehad. Zo komt op vele plaatsen het huidige reliëf overeen met de basis van het voormalig afgegraven veen. Het ven van ‘De Nol’, dat na de ontvening deels open water is gebleven, is nu een waardevol habitat voor verschillende faunasoorten en wordt gekenmerkt door een typische venvegetatie met enkele zeldzame soorten. Als geheel heeft men hier bovendien te maken met een divers en structuurrijk landschap. Opvallend in de landschapsstructuur van deze ankerplaats is het contrast tussen de eerder gesloten oostelijke helft en de open westelijke helft. Deze gevarieerde opbouw bepaalt, samen met de historische relicten, de esthetische waarde van dit landschap. Waar ‘De Nol’ langs het zuiden wordt begrensd door het waardevolle heidelandschap van de Kalmthoutse Heide, ligt het zowel langs het oosten als het noorden ingesloten door bebouwing en infrastructuur. Verder moet een toenemende verdroging -tengevolge van waterwinning- van het oorspronkelijk om en bij de 100 ha grote ven als knelpunt worden vermeld.

Landschapswaarden

Wetenschappelijke waarde

Het zuidelijke deel van ‘De Nol’ sluit aan bij de Kalmthoutse Heide en dit zowel wat betreft vegetatiestructuur als landschappelijk. Het geheel wordt gekarakteriseerd door een rijke diversiteit in structuur en opbouw. De afwisseling van duinen en vennen, met bijhorende vegetatietypes, is van grote waarde voor talrijke faunasoorten. Vooral de vogels profiteren van het ruim voorhanden zijnde open water.

Historische waarde

De turfvaarten en ontginningspatronen, waarvan de oorsprong teruggaat tot in de 14de eeuw, zijn nog duidelijk in het landschap herkenbaar. Op de historische kaart van Ferraris uit 1777 wordt ‘De Nol’ vermeld als ven; bij Vandermaelen (1854) als veenderij. Het gebied werd deels ontgonnen voor landbouwdoeleinden.

Esthetische waarde

Zowel het ven als het vaartenstelsel zijn nog duidelijk herkenbaar en herinneren aan de vroegere geschiedenis als turfwingebied. Deze historische relicten bepalen samen met de gevarieerde landschapsstructuur de esthetische waarde van deze ankerplaats.

Sociaal-culturele waarde

De Nol was vroeger een turfwinningsgebied en gedurende eeuwen van essentieel belang voor de streek, die veenontginningen als belangrijkste activiteit had.

Ruimtelijk-structurerende waarde

De Roosendaalse Vaart en Oude Moervaart die, hoewel niet volledig opgenomen in de ankerplaats, deel uitmaken van het systeem van ‘De Nol’, hebben een belangrijke ruimtelijk-structurerende waarde voor het omliggende landschap. Opvallend binnen deze ankerplaats is het contrast tussen de eerder gesloten oostelijke helft en de open westelijke helft, alsook de blokvormige perceelsstructuur van de naaldhoutcomplexen.

Landschapselementen en opbouwende onderdelen

Geomorfologie/hydrografie

Microreliëf:
  • microreliëf
Macroreliëf:
  • macroreliëf
  • landduin
Moerassige gronden:
  • moeras
  • veen
  • ven

Elementen van bouwkundig erfgoed, nederzettingen en archeologie

Kastelen, landgoederen en aanhorigheden:
  • landgoed

Elementen van transport en infrastructuur

Waterbouwkundige infrastructuur:
  • grachtenstelsel

Turfvaart

Elementen en patronen van landgebruik

Lijnvormige elementen:
  • dreef
Kunstmatige waters:
  • turfput
Topografie:
  • historisch stabiel
Bos:
  • naald
  • loof

Opmerkingen en knelpunten

De Nol was oorspronkelijk een ven van om en bij de 100 ha, maar is nu sterk verdroogd ten gevolge van waterwinning door de PIDPA. De gebouwen van de PIDPA vallen binnen de aflijning van de ankerplaats; een betere inpassing in het landschap is gewenst.