R12005: Dijle-vallei stroomafwaarts Leuven

Verstoring: N26, spoorwegen en bebouwing.

Herkenbaarheid: 2

Samenhang: 3

Gaafheid: 2

Wetenschappelijke waarde:

In de beemden liggen een aantal paleo-meanders van de Dijle. De huidige loop van de Dijle liep tot 3000 B.P. in de Leibeekdepressie en de paleo-meanders zouden door de Demer zijn gevormd. De oeverwallen langsheen de Dijle zijn nadien gevormd.Mechels Broek: rivier-graslandcomplex. De meander van Haacht, “de putten van Fonteyn” en de Broekelei hebben een centrale zandige verhevenheid, een donk dat bij Blaasberg ontbreekt. De Blaasberg heeft dus een bijzondere geomorfologische relictwaarde. Er is een zuur, kalk, en voedselarme vegetatie terug te vinden in het Dijle Vallei. Het landschap bestaat voor een groot deel uit eerder voedselarme graas- en hooiweiden, ter hoogte van Boortmeerbeek soms met een dicht netwerk aan meidoornhagen.

Historische waarde:

Zoals in de meeste beemdenlandschappen werden tal van beemden omgezet in bos(vnl. populieraanplantingen). De omzetting heeft vooral plaats gehad in het deel tussen de N21 en Wijgmaal.Kasteel Scheppershof aan Vrouwenvliet: herkenbare structuur, maar aan de randen sterk aangetast door bebouwing (cf. Vandermaelen en MGI). Vallei van de Vrouwenvliet met Dijksteinhof en Borgensteinhoef: vallei is goed te onderscheiden door opgaande begroeiing; perceelsstructuur is nog relatief gaaf (cf. MGI). Kasteel Befferhof: bij Ferraris ‘kasteel Diepenbeek’; domeinstructuur is nagenoeg onveranderd, doch ten dele verkaveld (cf. Ferraris); aansluitend open cultuurland heeft duidelijk herkenbare perceelsstructuur en grachtenpatroon (cf. MGI); aansluitend bos dateert van MGI; storend is groot wateroppervlak van recreatiecentrum Mechels Broek. Mispeldonck: relicten van het oorspronkelijk alluvium - van oudsher werden de drassige gronden gebruikt als graas- en hooiland - en het voorkomen van enkele historische gebouwen (o.a. Mispeldonckhoeve, Leeuwerikhoeve, Muizenhof en veldkapel van O.L.V. van Muizenhoek). Kasteel van Betzenbroeck: park en bos goed herkenbaar (cf. MGI); slechts gedeeltelijk aangetast door grote constructies. Domein Plankendael: bij Ferraris reeds vermeld; huidige structuur lijkt goed op deze bij MGI; verstoord door N26 en spoorlijnen. Baerbeekvallei: gesloten valleilandschap (cf. Ferraris en MGI). Kassenbroek en Huurbossen: bij Ferraris moerassig bos; relatief gave structuur van percelen en wegen, gesloten landschap door bos, herkenbare vijvers (cf. Ferraris en MGI). Hondshoek: relatief kleinschalige percelen met resten opgaande begroeiing en bewaard wegenpatroon en talrijke bosrestanten (cf. MGI). Rijmenam en kasteel van Hollaken: gave perceelsstructuur in vallei met resten opgaande begroeiing (cf. MGI); meanderende beken (Leybeek en Molenbeek) met herkenbare bosrestanten (cf. Ferraris en MGI); Hollaken ook bij Ferraris vermeld met herkenbare en gave structuur (cf. Ferraris). Archeologische vondsten: lithisch materiaal ‘Befferhof’; zevental cirkels met doorsnede van 5 m en stukjes brons op ‘Dorstveld’; Romeinse bewoning langs ‘Heerweg’, nabij ‘Groot Wielenveld’ - ‘Willendries’. Zuurreusel: spoor van paleo- en door de mens afgesneden meanders. Landschappelijk weinig gewijzigd sinds Ferraris, ook de site van de pastorij en de Donkhoeve. Wijgmaal-Broek: ten tijde van Ferraris bebost, nu nog meer bebost maar in een meer versnipperde vorm door de perceelsgewijze omzetting naar populieraanplantingen. Kwellenberg: Volledige omzetting naar populieraanplantingen, de begroeiing langs de wegen is volledig verdwenen. Hoogdonk: Veel weiland werd omgezet in akker en de perceelsrandbegroeiing verdween. Nog 2 afgesneden (door de mens tussen V.d.M. en 1948) meanders te zien. Broekelei- Spuibeek: paleo-meander die tot 50 jaar geleden nog duidelijk te herkennen was in het landschap via het bodemgebruik. De bebossing van het midden van de paleo-meander is sterk aangetast door een verkaveling, de natte weiden in het alluvium werden deels omgezet in bos. Puttekomheide: de meeste perceelsrandbegroeiing verdween. Roost: sinds F. enkele veranderingen:kasteel van Roost is verdwenen, enkel een deel van de omwalling is zichtbaar, een anti-tankgracht werd dwars door die site getrokken (voor WOII). De gracht heeft een randbegroeiing die samen met de resterende perceelsrandbegroeiing een halfopen landschap vormt. Scharent: Bebossing dateert van voor Ferraris, sinds begin 1900 niet meer gewijzigd. De boomgaarden zijn er pas de laatste 50 jaar bijgekomen. Blaasberg: een paleo-meander die niet zo uitgesproken is in het landschap maar minder is aangetast dan de meander van de Broekelei. Naast de omzetting naar populieraanplantingen van de beemden werd een deel omgezet in akkers zonder perceelsrandbegroeiing. Bossen langsheen de Leibeek en de Vijverbossen: Ten tijde van Ferraris waren er slechts enkele percelen bebost, Na Van der Maelen nam de bebossing onder de vorm van populieraanplantingen toe tot op heden. Ronsdonk-Hooiberg: de hoeves dateren van voor F.,de lintbebouwing is pas na 1948 gekomen. Perceelsvormen F. nog te herkennen en perceelsrandbegroeiing deels bewaard. De Donk-Schoonbroek: Sommige beemden omgezet in akker. Perceelsranden (F.) vaak bewaard. Spitsbos-Schorisgat: perceelsvormen van F. moeilijk tot niet te herkennen. Hulsterbroek: perceelsvormen van F. moeilijk tot niet te herkennen.

Esthetische waarde:

Het landschap bezit nog alle ingrediënten van het oorspronkelijke oude rivierenlandschap met o.a. dijken, verlandde verlaten meanders, waterrijke hooi- en graasweiden, broekbosjes, naaldhoutaanplantingen, houtkanten. Deze elementen vormen één schilderachtig geheel.Vrij gesloten valleigebied met relatief weinig verstoring en historische dorpskern van Rijmenam.

Beleidswenselijkheden:

Het consolideren van dit landschap mits de afbouw van de populieraanplantingen.Behoud gesloten valleikarakter en vrijwaren van bebouwing.