Merelbeekse bossen

Ankerplaats ID:A40034

Omschrijving

De Merelbeekse bossen vormen een boscomplex tussen de dorpen Melsen, Baaigem, Munte, Bottelare en Schelderode. Deze bossen, die in elkaar overlopen, noemen het Makegembos, Harentbeekbos, H. Geestgoed, Bruinbos, Boswijk en Nerenbos. De oudst beschikbare kaart van dit gebied, nl. de kaart van ‘Het land van Aalst’, dateert uit 1644. Hierop staat tussen de dorpen Baaigem, Munte, Melsen en Bottelare reeds een bos getekend. Op de kaart van Friex uit 1743 staat er eveneens een bos op deze locatie ingetekend. Wanneer er op de Ferrariskaart gekeken wordt zien we dat het bos ‘Nerenbosch’ genoemd wordt. Het strekt zich tussen Bottelare, Melsen en Munte uit. Aan de rand komen er enkele akkers, door perceelsrandbegroeiing omzoomd, in het bos voor. Enkele lintvormige gehuchten; Makegem, Munte en Wassene, dringen in de rand van het bos door. Voorts wordt het bos door enkele straten en beken doorsneden. Ten zuiden van het boscomplex ligt tussen Baaigem en Munte een kouter. Op de Ferrariskaart is deze ook mooi te zien en staat er al een molen tussen Baaigem en Makegem. Als de Ferrariskaart met de kaart van Vandermaelen (1848) vergeleken wordt zien we dat het bos een groot deel geslonken is. Vooral aan de randen zijn er weiden en akkers bijgekomen, dit zorgt ervoor dat het bos meer versnipperd. Bij de kaart van Depot de la Guerre (1869) is het bosareaal nog wat gekrompen. Vanaf de kaart uit 1869 tot de recente topografische kaarten blijft de situatie ongeveer ongewijzigd. Juist enkele percelen aan de rand worden bos of omgekeerd, enkele percelen die tot landbouwland worden getransformeerd. Voor de rest blijft de situatie praktisch ongewijzigd. Vanaf de kaart van 1869 is op de noordhelling van de kouter tussen Baaigem en Munte een merkwaardige reliëfsvorm te zien. Op de Muntekouter bleven talrijke bunkers uit de jaren 1930, opgericht als laatste verdedigingslinie van Gent, bewaard. Op de top van de kouter staan twee clusters zendmasten. Wanneer de bodemkaart met het bodemgebruik op topografische kaarten vergeleken wordt, zijn er enkele verschijnselen erg opvallend. Op de open Muntekouter bevinden zich voor de landbouw goede zandleemgronden. Ten noorden hiervan ligt een veel lager gelegen gebied. Deze depressies, met erg natte zandleemgronden die een sterk gevlekte textuur B horizont hebben, zijn met bossen bedekt. Ten noorden van de lijn Wassene- Steenberge zijn de gronden eerder licht- zandlemig en nog verder noordwaarts worden het lemige- zandgronden. Maar ook hier geldt het principe: de natte depressies liggen onder bos, de iets drogere stukken zijn weiden en de goed gedraineerde gronden zijn akkers. Het substraat van de beboste depressies bestaat uit Paniseliaanklei, bij de kouter daarintegen is het Kwartair wat dikker en is het substaat zand. Aan de noordelijke grens van de ankerplaats komen we in de zandstreek. Dit is een zuidelijke uitloper van de Vlaamse Vallei. Op de Muntekouter, juist ten noorden van Baaigem, staat de ‘Prinsenmolen’. Naast de molen ligt voormalige molenaarshuis met bijhorende koetshuizen, de tuin is volledig omhaagd. Het huis dateert uit 1857 en staat op de plaats waar het zogenaamde ‘Nieuwhof’ of ‘Prinsenhof’, waartoe de molen, sindsdien Prinsenmolen, behoorde. De huidige Prinsenmolen zou in 1884 gebouwd zijn. De ronde, stenen korenwindmolen van het belt- of bergmolentype staat op de plaats van een vroegere houten staakmolen die minstens uit de 16e eeuw zou stammen en eigendom was van de prinsen van Gavere. Eind de 18e eeuw werd de molen openbaar verkocht als nationaal goed. In het midden van de 19e eeuw werd een stoommaalderij toegevoegd. De nieuwe molen heeft met windkracht gemalen tot 1953 met terzelfdertijd een elektrische maalderij met walsenstoelen onderin de molen. Sinds de storm van 1972 is hij zonder gevlucht. Ondertussen is de molen grotendeels gerestaureerd. Voor de molen staat een recent molenaarshuis. In het bos en aan de rand ervan staan nog enkele hoeves in regionale baksteenarchitectuur.

Landschapswaarden

Wetenschappelijke waarde

De Merelbeekse bossen liggen op de overgang van het zandlemig gebied naar de Vlaamse Vallei (zandstreek). De topografie is zacht golvend, met verschillende beekvalleien.

Historische waarde

Het groot boscomplex is reeds in 1644 op kaart aangeduid. Op de kaart van Ferraris (ca. 1775) staat het met toponiem “Nerenbosch” en vormt één geheel met de bossen ten noorden van Munte. Het bos wordt meer versnipperd op de kaarten van Vandermaelen (ca. 1850) en MGI 1/20000 (ca. 1949). De toestand van de kaart van MGI 1/20,000 komt zeer goed overeen met de huidige toestand.

Esthetische waarde

Het groot, versnipperd boscomplex is in een open landbouwlandschap met verspreide bebouwing gelegen. De omliggende percelen zijn zowel akkerland als weiland. Er zijn verschillende zichtpunten aan de rand van het boscomplex.

Ruimtelijk-structurerende waarde

De Muntekouter is een hoog gelegen, open gebied. Op de kouterrug staat een molen, enkele zendmasten en de bunkers die tot de verdedinigslinie rond Gent behoren. Vanaf de voet van de steile noordhelling van de kouter wordt het grondgebruik bos met nog wat landbouw ertussen. Op de natste, laaggelegen gebieden komen bossen voor. De iets beter gedraineerde stukken zijn door de landbouw ingenomen. In het bos staan enkele huizen en hoeves verspreid. De meest bewoning is wel in de gehuchten rond de bossen geconcentreerd.

Landschapselementen en opbouwende onderdelen

Geomorfologie/hydrografie

Microreliëf:
  • microreliëf
  • talud
Macroreliëf:
  • macroreliëf
  • heuvel
  • markante terreinovergang
  • holle weg
Hydrografische Elementen:
  • waterloop
  • rivier
  • vallei
  • meander

Elementen van bouwkundig erfgoed, nederzettingen en archeologie

Landbouwkundig erfgoed:
  • hoeve
  • schuur
  • stal
Molens:
  • windmolen

Prinsenmolen

Militair erfgoed:
  • bunker
  • verdedingingslinie

op de Muntekouter

Kerkelijk erfgoed:
  • kapel

Elementen van transport en infrastructuur

Wegenis:
  • weg
  • pad

Elementen en patronen van landgebruik

Puntvormige elementen:
  • bomengroep
  • solitaire boom
Lijnvormige elementen:
  • dreef
  • bomenrij
Topografie:
  • onregelmatig
Bos:
  • naald
  • loof
  • middelhout
  • hooghout

Opmerkingen en knelpunten

In het bos staat wat storende residentiële bebouwing.