Omgeving van Tissenhovemolen

Ankerplaats ID:A40046

Omschrijving

Deze ankerplaats is tussen de dorpjes Mater en Horebeke gelegen. Rond de Tissenhovemolen ligt de kouter van Horebeke. Ten westen daarvan ligt de vallei van de Oossebeek, deze mondt ter hoogte van Welden in de Schelde. Rond Mater monden de Spouwwaterbeek en de Borrekenbeek in de Oossebeek uit. Mater is een site die van laat- prehistorische tijd dateert. De straat Kerkgate is de hoofdstraat met een gekasseide aanleg uit de periode 1857-1856. Een eerste vermelding van de kerk van Mater dateert uit 998, toen de kerk door een markgraaf aan de Sint-Pietersabdij geschonken werd. De vroegere parochiekerk bevond zich echter ten noordoosten van de tegenwoordige kerk, nl ter hoogte van de huidige Sint- Amelbergakapel. Waarschijnlijk klom die eerste kerk op tot in de vroege middeleeuwen. Waarschijnlijk ging de vroegere kerk terug op een bidplaats van de niet meer bestaande burcht van Mater. Op een niet bekend tijdstip werd een nieuwe parochiekerk gebouwd, toegewijd aan Sint- Marinus. De voorgaande parochiekerk bleef tijdelijk behouden als Sint- Amelbergkapel, maar verdween volledig. De huidige kerk werk in 1780-1783 opgericht. Achter de kerk ligt de Sint- Amelbergakapel. Deze kapel uit 1915-1916 in neo- Romaanse stijl, vervangt de oudere kapel die op dezelfde plaats stond en tot de 16e eeuw opklom. Het gehucht Tissenhove is tussen de kouter en de vallei van de Oossebeek gelegen. Er komen verschillende hoeves voor. Een grote hoeve, van het gesloten type met gekasseid erf, klimt tot 1700 op. In 1935 werd deze door brand vernield maar terug opgebouwd. Er komen in de straat verschillende 19e eeuwse hoeves voor. In de tempelstraat, de vroegere Rechemstraat, stond tot 1954 een gebouw dat dienst deed als tempel voor de protestantse bevolkingsgroep van Mater die hier eind de 18e eeuw nog bestond. Het gebouw dateerde uit die tijd. Samen met de omliggende dorpen werd een gemeenschap gevormd die bekend staat als de ‘Vlaamse Olijfberg’. Het oude wegkapelletje, onder linden naast de Sint- Amelbergakouter duidt de site aan. Het is het keerpunt van lokale processies en stoeten. De houten windmolen de ‘Tissenhovemolen’ of ook ‘Oude Molen’ en ‘Jagerijmolen’ genoemd is een korenmolen van het staakmolentype op lage, open teerlingen. Hij is in een open landschap, op de kouter, gelegen, in een typisch molenlandschap. Reeds in 1571 werd vermelding van de molen gemaakt, van oudsher behoorde hij aan de baronie van Schorisse toe. Vroeger bevond de molen zich 350 meter meer noordoostwaarts. Hij is vermoedelijk omtrent 1776- 1787 overgebracht naar zijn huidige locatie, met deels hergebruikt materiaal. Bij de verplaatsing werd de tweezolder naar een driezolder omgevormd. In de 20e eeuw gebeurden er nog wijzigingen aan de molen. De watermolen op de Oossebeek, de Zwadderkotmolen of Waterkotmolen, ligt in een gaaf landschap. Het is in oorsprong een zeer oude molen. De vroegere cirkelvormige spaarvijver ten zuiden ervan is opgevuld en met bomen begroeid. Als oliemolen werd hij in 1571 vermeld; sinds begin de 19e eeuw is het een korenwatermolen en waarschijnlijk toen ook aangepast. In 1868 en 1882 werd de molen nog gewijzigd. Sinds 1965 ligt de molen stil en werd hij nadien als horecabedrijf in gebruik genomen. In 1975-76 werd hij gerestaureerd en sinds 1988 is het een restaurant met gallerij. Het dorpsbeeld van Sint- Maria- Horebeke wordt bepaald door een lintbebouwing aan weerszijden van de Dorpsstraat en het ontbreken van een eigenlijk dorpsplein. De bebouwing wordt gekarakteriseerd door verschillende typen, die de weerspiegeling zijn van een concentratie van woonhuizen voor notabelen naast enkele hoeven en arbeiderswoningen. De boerenhuisjes en een hoevecomplex overheersen het dorpsbeeld. Deze gebouwen zijn in de kern van de 18e eeuw. Er is telkens, zoals gebruikelijk in de Vlaamse Ardennen, een hoogstamboomgaard en een groententuin aangelegd bij het erf. De erfbeplanting bestaat verder uit hagen, kaphagen en knotbomen die als afsluiting van het erf werden aangeplant en uit alleenstaande gekandelaarde lindebomen. De herenhuizen zijn laat 18e eeuws tot 19e eeuws en van het meers stedelijke type met twee verdiepingen, met classicistisch geïnspireerde en doorgaans bepleisterde gevels en voor het huis een voortuin. Verder treft men in de dorpskom enkele woningen in landhuisstijl aan die in een ruim park met tuinpaviljoenen gelegen zijn. De Onze-Lieve-Vrouwekerk van 1789-1790 is een uniek voorbeeld van een laat-18e eeuws kerkgebouw dat niet het resultaat is van successieve verbouwingen maar als één geheel werd geconsipieerd. Het landschapsbeeld tegenover Ferraris is nog vrij intact gebleven. Sint- Maria- Horebeke is reeds als een lintbebouwing te zien. Ten noordwesten daarvan is de kouter van de Tissenhovemolen te zien. Nog meer naar het westen komt ook de lintbebouwing voor die de kouter nu nog altijd van de vallei van de Oossebeek scheidt. De vallei staat op Ferraris ingetekend als meersgebied met perceelsrandbegroeiing omzoomd en enkele percelen bos. De watermolen staat ook reeds bij Ferraris ingetekend. De huidige vallei ligt onder natte graslanden met perceelsrandbegroeiing en er komen eveneens enkele percelen bos voor. Op kaarten die na de Ferrariskaart geproduceerd zijn is hetzelfde landschapsbeeld behouden gebleven.

Landschapswaarden

Wetenschappelijke waarde

De hoger gelegen kouterruggen zijn resistenter aan erosie vergeleken met de asymmetrisch ingesneden beekvalleien. Deze beekvalleien vormen hier een min of meer parallel hydrografisch net van waterlopen die in de Perlinckbeek ontwateren. Karakteristiek zijn de brongebieden; deze bronzones ontstaan op het contact van tertiaire zand- en kleilagen met geassocieerde rijbewoning.

Historische waarde

De toestand bij Ferraris (ca. 1775): landschap met kleine percelen bos en weilanden met perceelsranden, zeer kleine regelmatige percelen langs de beekvallei. Ter hoogte van de molen (die niet aanwezig is bij Ferraris) bevindt zich een open landbouwlandschap. Zelfde situatie vinden we bij de latere topografische kaarten. Het landschapsbeeld is sinds de Ferrariskaart weining gewijzigd. De watermolen op de Oossebeek was reeds op Ferraris aanwezig, van de kleinschalige dorpjes bleef de structuur bewaard.

Esthetische waarde

Site van de molen gelegen in een open landschap met grote regelmatige percelen. Ten westen ervan is duidelijk een beekvallei aanwezig, herkenbaar aan kleine percelen bos en gedeeltelijke bomenrijen langs de oevers van de beek. Op de overgang tussen de kouter en de beekvallei ligt een gehucht. De dorpjes Mater en Sint- Maria- Horebeke liggen in het glooiende landschap.

Sociaal-culturele waarde

In de Tempelstraat, de vroegere Rechemstraat, stond tot 1954 een gebouw dat dienst deed als tempel voor de protestantse bevolkingsgroep van Mater die hier eind de 18e eeuw nog bestond. Het gebouw dateerde uit die tijd. Samen met de omliggende dorpen werd een gemeenschap gevormd die bekend staat als de ‘Vlaamse Olijfberg’. Het oude wegkapelletje, onder linden naast de Sint- Amelbergakouter duidt de site aan. Het is het keerpunt van lokale processies en stoeten.

Ruimtelijk-structurerende waarde

de hooggelegen kouters liggen onder akkerland. Op een kouter staat de windmolen van Tissenhove. Ten westen van de kouter ligt de vallei van de Oossebeek. Hier is het landschap meer gesloten; rond de weilanden komt perceelsrandbegroeiing voor en er liggen ook enkele percelen bos. De bebouwing situeert zich op de overgang van de kouters naar de valleien.

Landschapselementen en opbouwende onderdelen

Geomorfologie/hydrografie

Microreliëf:
  • microreliëf
  • talud
Macroreliëf:
  • macroreliëf
  • heuvel
  • markante terreinovergang
  • holle weg
Hydrografische Elementen:
  • waterloop
  • beek
  • vallei
  • meander

vallei van de Oossebeek, Spouwbeek en Borrebeek

Elementen van bouwkundig erfgoed, nederzettingen en archeologie

Koeren en hovingen:
  • tuin
  • park
Nederzettingspatronen:
  • nederzettingspatroon
  • plein
  • gehucht

Mater, Horebeke en Tissenhove

Bouwkundig erfgoed:
  • (heren)woning
  • huis
  • herberg
Landbouwkundig erfgoed:
  • hoeve
  • schuur
  • stal
Molens:
  • watermolen
  • windmolen

Tissenhovemolen (windmolen) en Zwadderkotmolen (watermolen)

Kerkelijk erfgoed:
  • kerk
  • kapel
  • pastorie

kerk en pastorie van Mater en Horebeke

Elementen van transport en infrastructuur

Wegenis:
  • weg
  • pad

kasseiweg

Elementen en patronen van landgebruik

Puntvormige elementen:
  • bomengroep
  • solitaire boom
Lijnvormige elementen:
  • bomenrij
  • houtkant
  • hagen
  • knotbomenrij
  • kaphaag
  • perceelsrandbegroeiing
Topografie:
  • blokvormig
Historisch stabiel landgebruik:
  • permanent grasland
  • kouters
Bos:
  • loof
  • middelhout
  • hooghout
  • struweel

Opmerkingen en knelpunten

Recent neemt de residentiële bebouwing rond de dorpen Mater en Sint-Maria-Horebeke uitbreiding, Dit verstroord het oorspronkelijke karakter van de dorpjes. Ook komen rond enkele hoeven rond Tissenhove nieuwe hangaars voor die niet bij het beeld van de traditionele hoeves past.