Vloetemveld

Ankerplaats ID:A30016

Omschrijving

Deze ankerplaats ligt ten zuidwesten van de dorpskern van Snellegem (gem. Jabbeke) en loopt verder in de gemeente Zedelgem. In het westen wordt ze begrensd door de weg Aartrijke-Jabbeke, in het noorden door de weg waarlangs Snellegem zich heeft ontwikkeld en in het oosten en zuiden voornamelijk door de landbouwpercelen grenzend aan het bos de grens. Ze ligt in een oude veldzone wat te wijten is aan de bodemgesteldheid. De tertiaire Eocene laag van de formatie van Gent ligt hier dicht tegen de oppervlakte (gemiddeld 1m diep). Ze bestaat uit zand met af en toe een kleilaagje en zandstenen ertussen. Boven deze tertiaire zandlaag ligt Pleistoceen dekzand. Uit de hogere omgeving vloeit grond- en oppervlaktewater naar het Vloetemveld wat resulteert in matig tot zeer natte gronden. Omdat zand moeilijk voedingsstoffen kan vasthouden, zijn deze natte gronden ook arm aan voedingsstoffen. Deze bodemgesteldheid bepaalt nog steeds grosso modo het landschap. Tijdens de middeleeuwen was dit een veldzone, met stukken heide en veldvijvers, die omgeven werd door een boszone. Tijdens de 19e eeuw heeft men deze marginale gronden van heide en vijvers bebost met loof- en naaldbomen, terwijl de bosgordel in cultuur gebracht werd. We onderscheiden het centrale bosgebied en het omliggende landbouwland. Het bos bevindt zich op de armste en natste gronden van het gebied, maar vormt geen aaneengesloten bos. Tussen de bossen liggen nog enkele vijvers die evenwel niet overeenstemmen met de veldvijvers volgens de kabinetskaart van de Ferraris. Sinds WOI is het gebied eerst door de Duitsers en later door de Belgen, als munitiedepot gebruikt waarbij een spoorwegnet, wegennet, vijvers en gebouwen zijn aangelegd. Men heeft ook schutsdammen (zgn. merloenen) aangelegd uit militaire overwegingen ter afscherming van de munitiedepots. Tussen de gebouwen treft men percelen middelhout (naald- en loofhout), struweel en grasland aan met een verschillend beheer. Bepaalde percelen dienen immers uit brandveiligheidsoverwegingen open gehouden te worden en worden periodisch gemaaid en/of gekapt. De bossen buiten militair domein bestaan veeleer uit hooghout. Door dit beheer, door de natuurlijke hoge waterstand en door de afwezigheid van bemesting komen nog steeds waardevolle en zeldzame heide- en pioniersvegetatie voor die getuigen van het voormalige veldgebied. Rond het militair domein ligt een gracht. In de noordoostelijke uitloper van het bos ligt nog een vijverdam: dit talud zorgde voor de afdamming van het water en gaf het ontstaan aan een veldvijver ten zuiden ervan. Vlakbij ligt ook de hoeve Vloetem (zie verder). De bospercelen die geen militiar domein vormen, hebben af en toe dreven tussen de percelen of als toegangsweg tot het bos. Rond het bos ligt landbouwland die naar percelering en perceelsrandbegroeiing geen geheel vormt. Weiland is het overheersende bodemgebruik door de relatief hoge grondwaterstand. De percelen in het noorden en vooral noordoosten zijn klein, worden soms omgeven door grachten, en kennen soms nog zeer gave perceelsrandbegroeiing van knotbomen en opgaande bomenrijen. De zuidelijke percelen zijn veel groter, kennen veel minder perceelsrandbegroeiing en liggen meer onder akkerland. De onderlinge verschillen zijn te wijten aan een verschil in ouderdom als landbouwland; het noordelijke en noordoostelijke deel is een oud ontginningsgebied dat veel vroeger dan het zuidelijke deel als landbouwland gebruikt werd. Naast de wegen in het militair domein kent deze ankerplaats veel zand- en aardewegen die de esthetische waarde van het landschap vergroten. In het landbouwland rond het bos liggen verspreid enkele hoeves gelinkt aan de ontginning van deze gronden in de 19e eeuw. In het noordoosten vlakbij de Vijverdam ligt de middeleeuwse hofstede Vloetem met nog een gedeelte van de walgracht. De gebouwen zijn minder waardevol en niet meer authentiek. Typische ontginningshoeves zijn hoeve Hildaghem (Ter Vraghe) en hoeve Noortweghe die beiden goed bewaard zijn. In het gebied zijn talrijke Neolithische vondsten gedaan.

Landschapswaarden

Wetenschappelijke waarde

Heidevegetatie werd dankzij zeer diverse beheersmaatregelen goed bewaard en soms zeer zeldzame soorten. Ook de natuurlijke condities van arme zandgrond en lokaal kwelwater zorgen voor unieke biotopen.

Historische waarde

Vroeger veldgebied dat nu bebost is en waar nog heidevegetatie overblijft. Rond dit bosgebied liggen landbouwgronden die tijdens verschillende periodes ontgonnen werden wat zich ook in landschappelijke verschillen vertaalt.

Esthetische waarde

Zicht op de rand van het grote boscomplex met dreven. De dreven delen de omgevende ruimte in kleinere ruimtes (compartimenten) op. De soms gave perceelsrandbegroeiing rond weilanden zorgt voor een hogere herkenbaarheid en meerwaarde.

Ruimtelijk-structurerende waarde

Het centrale boscomplex vormt een opvallende structuur die zeer bepalend is voor de zichten.

Landschapselementen en opbouwende onderdelen

Geomorfologie/hydrografie

Microreliëf:
  • microreliëf
  • talud

vijverdam in noordoosten van ankerplaats

Moerassige gronden:
  • ven

Geologie:

vochtige gronden (laag gelegen)

Elementen van bouwkundig erfgoed, nederzettingen en archeologie

Landbouwkundig erfgoed:
  • hoeve

hofstede Vloethem, Hoeve Hildaghem (Ter Vraghe), hoeve Noortweghe

Elementen van transport en infrastructuur

Wegenis:

onverharde zandwegen

Spoorweg:
  • verlaten spoorweg

spoorweg naar en op militair domein

Waterbouwkundige infrastructuur:

vijverdam in noordoosten

Elementen en patronen van landgebruik

Lijnvormige elementen:
  • dreef
  • bomenrij
  • knotbomenrij

buiten bosgebied; zeer gave knotbomenrijen in zuidwestelijke hoek en rond Walebeek

Kunstmatige waters:
  • vijver

in militiar domein (geen/weinig overeenkomst met veldvijvers)

Topografie:
  • blokvormig

buiten militair domein (ten noord- en zuidoosten) blokvormige percelen met dreven

Historisch stabiel landgebruik:
  • heide

vochtige heide en heischrale graslanden door niet bemesten op militiair domein

Bos:
  • naald
  • loof

Opmerkingen en knelpunten

Toegang tot het militair domein is verboden voor onbevoegden. In het oosten wordt het gebied doorsneden door een hoogspanningsleiding op pylonen. Deze pylonen ervaart men als storend in het bosrijke landschap. In het zuidwesten zijn nog enkele dreefrestanten aanwezig (geen volledige dreven meer). De oprukkende lintbebouwing uit Snellegem belemmert het zicht op het bos. Door schaalvergroting wordt het kleinschalig karakter van het oude landbouwland in het noorden aangetast. De recente uitbreidingen van landbouwbedrijven vormen voor het gehele gebied een knelpunt omdat zij afbreuk doen aan de esthetische waarde van de hoevecomplexen. Ook niet-grondgebonden landbouw zorgt met allerhande gebouwen voor een verstoring van het zicht. Dankzij het beheer heeft men hier een serieuze florarijkdom dus dit moet bestendigd worden.