Katteneie en Schalieveld

Ankerplaats ID:A40095

Omschrijving

Deze ankerplaats bevindt zich op het grondgebied van de gemeenten Destelbergen en Laarne. De zuidoostelijke hoek van de Damvallei (dat door de autosnelwegen van de rest is afgesneden) ligt in de afbaking. Een moerassige strook toont de voormalige ligging van de Schelde aan. In deze strook loopt nu de Mostbeek en komen vele turfputjes voor. Op de natte gronden ten noordwesten ervan komt een bos voor, Houw genaamd. Ten zuiden van de Damvallei ligt het cultuurlandschap rond de historische hoeven Katteneie en Schalieveld. Dit gebied wordt door twee beken, de Maan- en Kolkbeek, doorsneden. In de beekvalleitjes komen vele knotbomen voor. Op het hoger gelegen stuk tussen de valleitjes komt akkerland voor. Hier en daar ligt een bosperceeltje, dat hoofdzakelijk uit hooghout bestaat. De Meerskant, de zuidoostelijke grens van de Damvallei, is op een oeverwal van de voormalige Scheldemeander gelegen. Toen de Schelde een andere loop koos, en het gebied verlandde, werd de Damvallei een laagveenmoeras met vele poelen, blauwgraslanden en moerasbosjes. In de oude Scheldeloop werd turf gestoken, talrijke turfputjes getuigen daarvan. De turfputten op grondgebied van Laarna worden “Fien Krentenspoelken”, “De Maanpoel”, “De Dultenpoel” en “De Borluut” genoemd. Over het moerassige gebied van de Damvallei doen vele verhalen de ronde over geesten en spoken, men geloofde dat de Damvallei het territorium van de “Noenduivel” was. De hoger gelegen weiden rond de hoeve Katteneie waren reeds in de Gallo- Romeinse periode in gebruik blijkt uit archeologische vondsten. In de buurt waren verschillende Gallo- Romeinse nederzetting, zij stonden met elkaar in verbinding o.a. via de Lagen Heirweg. Of er aan de huidige Hattenhiet ook enkele Keltische hoevetjes stonden, is niet zeker. Het is mogelijk dat de akkers door boeren vanuit het nabije Destelbergen bewerkt werden. De gronden waren hier zeer vruchtbaar en waren dus reeds vroeg ontgonnen. Na de Romeinse tijd werden de gronden weer verlaten. Waarschijnlijk kwam er pas rond het jaar 1000 terug menselijke bewoning in de buurt en werd de streek voor een tweede maal ontgonnen. Ter hoogte van Kattenheye werd een erf opgericht. De eenvoudige hutten stonden op een akker ten westen van de hedendaagse hoeve. Enkel de ondiepe impressie van de vroegere wal die het erf omringde, is bewaard, evenals de naam “Katteneye”, wat betekent: een ophoging (kade) in een wilde streek of heide. De pachtboerderij die wij hier (in sterk verbouwde vorm) nog kunnen aanschouwen, werd pas in de 14e eeuw opgericht. Kapitaalkrachtige burgers richtten er een grote pachthoeve op. Oorspronkelijk bevatte de Katteneye een woonhuis, schuren, stallingen, een duivenhok met aanpalend een boomgaard, een moestuin en een “koollochting”. Het geheel was omringd door een brede, diepe walgracht (die nu bijna geheel verland is). De enige ingang tot het erf was dan reeds waarschijnlijk via de massieve ingangspoort. De brede wal en de grote poort werden niet enkel voor het statussymbool aangelegd maar ze hadden ook de functie van isolatie en bescherming. Kattenheye zelf zou, tijdens de chaotische periode tussen de 16e eeuw tot de Franse Revolutie, tijdelijk als schuilplaats voor roverbenden gediend hebben. Ten westen van Kattenheye begint de Koewegel die via de Bankgatrede naar het dorp Laarne leidt. Het is een oude kerkwegel die eerst over hoger gelegen kouter loopt, verder naar Laarne toe wordt het drassiger omdat men in het brongebied van de Maan en Kolkbeek komt. De “Schalieveldhoeve” is een grote hoeve met losse bestanddelen op een ruim, rechthoekig erf omringd door een brede walgracht en deels ook door een populierenrij. Volgens een kaart van 1725 van Benthuys bevond zich op deze plaats een vrij groot kasteel. De L- vormige constructie telde twee bouwlagen en verdween vermoedelijk eind de 18e- begin de 19e eeuw. De hoevenaam verwijst naar verluid naar de bouwresten (waaronder schalies) van het verdwenen kasteel die nog steeds op het omgevende akkerland worden gevonden. In het landschap valt het boerenerf op door de scherpe afbakening door de omgrachting en de populieren. Het is een ensemble van roze gekalkte hoevegebouwen. Het huidige boerhuis klimt op tot de 18e eeuw maar is waarschijnlijk rond 1900 uitgebreid. Op de Ferrariskaart staat de Damvallei als een open meersengebied ingetekend. In het midden van de Damvallei, op een lichte verhevenheid, liggen akkercomplexen. De twee omwalde hoeven zijn door, met perceelsrandbegroeiing omgeven, weilanden en akkers omgeven. Hier en daar ligt een perceel bos. Op de volgende topografische kaarten blijft het beeld identiek. Pas op de kaart van MGI 1/20 000 (1950) verschijnen de turfputten in de Damvallei op kaart.

Landschapswaarden

Wetenschappelijke waarde

De Damvallei is een moerassige vlakte in het midden door een iets hogere preholocene zandrug doorbroken. Waarschijnlijk bevondt zich reeds in het Pleistoceen een depressie op deze plaats. Bepaalde geulen zouden door de Schelde tijdens het Boreaal gevolgd zijn, de loop is aan de hand van de veenlagen en turfputten te volgen.

Historische waarde

Op de Ferrariskaart (ca. 1775) staat de Damvallei als een open meersengebied ingetekend. In het midden van de Damvallei, op een lichte verhevenheid, liggen akkercomplexen. De twee omwalde hoeven zijn door, met perceelsrandbegroeiing omgeven, weilanden en akkers omgeven. Hier en daar ligt een perceel bos. Op de volgende topografische kaarten blijft het beeld identiek. Pas op de kaart van MGI 1/20 000 (1950) verschijnen de turfputten in de Damvallei op kaart. De twee grote, omwalde hoeven in het gebied, Katteneie en Schalieveld, gaan op oude vestigingen terug. Katteneie gaat zeker tot in de 14e eeuw terug.

Esthetische waarde

Het gebied van de Damvallei is gesloten door bos in een moerassige gebied. De twee hoeven, Katteneie en Schalieveld, domineren het cultuurlandschap dat ten zuiden daarvan ligt. In de valleitjes komen knotbomen voor rond de weiden. Op de hogere delen komt akkerland voor. Het landschapsbeeld is gecompartimenteerd door het voorkomen enkele bospercelen. De noordelijke en westelijke grens wordt door autosnelwegen gevormd.

Sociaal-culturele waarde

Over het gebied van de Damvallei doen sagen de ronde over de ‘Noenduivel’. De hoeve Kattenheie zou als schuilplaats voor roverbenden gediend hebben.

Ruimtelijk-structurerende waarde

De zuidoostelijke hoek van de Damvallei (dat door de autosnelwegen van de rest is afgesneden) ligt in de afbaking. Een moerassige strook toont de voormalige ligging van de Schelde aan. In deze strook loopt nu de Mostbeek en komen vele turfputjes voor. Op de natte gronden ten noordwesten ervan komt een bos voor, Houw genaamd. Ten zuiden van de Damvallei ligt het cultuurlandschap rond de historische hoeven Katteneie en Schalieveld. Dit gebied wordt door twee beken, de Maan- en Kolkbeek, doorsneden. In de beekvalleitjes komen vele knotbomen voor. Op het hoger gelegen stuk tussen de valleitjes komt akkerland voor. Hier en daar ligt een bosperceeltje, dat hoofdzakelijk uit hooghout bestaat.

Landschapselementen en opbouwende onderdelen

Geomorfologie/hydrografie

Microreliëf:
  • microreliëf
  • talud
Hydrografische Elementen:
  • waterloop
  • beek
  • vallei
  • meander
  • oude rivierarm
Moerassige gronden:
  • moeras
  • veen
  • rietland

Elementen van bouwkundig erfgoed, nederzettingen en archeologie

Koeren en hovingen:
  • hof

Katteneie, Schalieveld

Landbouwkundig erfgoed:
  • hoeve
  • schuur
  • stal

Schalieveld, Katteneie, omwalling

Molens:
  • windmolen

Aumansmolen

Elementen van transport en infrastructuur

Wegenis:
  • weg
  • pad
  • kerkwegel

Koewegel

Elementen en patronen van landgebruik

Puntvormige elementen:
  • solitaire boom
Lijnvormige elementen:
  • dreef
  • bomenrij
  • houtkant
  • knotbomenrij
Kunstmatige waters:
  • poel
  • turfput
Topografie:
  • onregelmatig
Historisch stabiel landgebruik:
  • permanent grasland
  • kouters
Bos:
  • naald
  • loof
  • broek
  • middelhout
  • hooghout
  • struweel

Opmerkingen en knelpunten

De zuidoostelijke hoek van de Damvallei wordt van de rest afgesneden door de twee autosnelwegen die in het gebied lopen en in het centrum van de Damvallei elkaar in een klaverbladstructuur snijden.