Oude Durmearm en Sombeke

Ankerplaats ID:A40022

Landschap

Omschrijving

Deze ankerplaats ligt ten oosten van Waasmunster. De Durmevallei heeft, in tegenstelling tot de Scheldevallei, zijn open karakter grotendeels bewaard. Kleine populierenaanplanten en Elzenbosjes zijn verspreid aanwezig tussen de weiden, vooral tegen het Wase cuestafront. Deze laatste hebben een bronkarakter met een rijke voorjaarsflora. De vier kilometer lange Oude Durmearm werd bij de rechttrekking van 1934-35 afgesneden. Tot in de eerste helft van deze eeuw telde de Durmestreek tal van rietsnijderijen. De rietvelden op de schorren langs de Durme en Schelde vormden het werkterrein voor rietsnijders, die er de grondstof wonnen voor ambachtelijke rietmattenfabriekjes. Het beroep van rietsnijder is in ons land thans volledig weggekwijnd. Voornamelijk economische factoren liggen hieraan aan de basis (invoer van goedkoop riet). Af en toe wordt het oude ambacht in het reservaat (1.5 ha) de “Rietsnijderij” nog eens beoefend. De Durmevallei kenmerkt zich door een steile noord- en een zachthellende zuidkant. Deze asymmetrische vallei houdt verband met de monoklinale bouw van de tertiaire afzettingen, vooral op de noordhelling (cuesta van het Waasland). De bodem bevat er zware rivierklei in de alluviale delen en lichtere zand- en zandleemgrond op de hogere gedeelten. De vallei wordt reeds heel lang bewoond, er zijn sporen van paleolitische en neolitische nederzettingen. De inpoldering kwam in de 13e eeuw op gang. Een eeuw later werd het kanaal Gent- Terneuzen gegraven. De stroomsnelheid in de Durme veranderde en sindsdien verzandt de Durme, met een stijgend waterpeil tot gevolg. Buitengewoon is de sterke getijdenwerking die we hier zo ver landinwaarts nog waarnemen. Als zijrivier van de Schelde kent de Durme metershoge verschillen tussen hoog- en laagtij. Langsheen de rivier vinden we slikken en schorren, die overstromen bij vloed en droogvallen bij eb. Er ontstond hier het zeldzame zoetwaterschorbiotoop, met typische moerasvegetaties. Vaak zijn het vochtige ruigten en dichte wilgenstruwelen, en meer zeldzaam meterhoge rietkragen en Spindotterbloemen. Vroeger werden de schorren als landbouwgrond gebruikt, om de percelen tegen overstromingen te beschermen werden er zomerdijken omheen de schorren aangelegd. Deze schorren dienen als gras- en hooilanden. Later kwamen deze schorren in onbruik en evolueerden snel naar riet- en wilgenstruweel. Het oude uitveningsgebied is nog zichtbaar aan de talrijke plassen. De oude plassen zijn overblijfselen van de vroegere uitveningen in dit gebied. Ze zijn vrijwel allemaal in gebruik als privé-visvijver, evenals recent gegraven putten. In het gebied komen vele weekendverblijven en vissershutten voor. De dries van Sombeke heeft een Frankische oorsprong en zijn driehoekige vorm verwijst naar een gemeenschap waar akkerbouw bedreven werd. Tot de jaren ‘60 had Sombeke een boven- en een benedendries die met lintbebouwing met elkaar verbonden waren via de Smoorstraat. De benedendries was vroeger bekend onder de naam ‘Blauwenhoek’. Wat de beplanting betreft weten we dat in 1905 op de bovendries een groot aantal olmen werd geveld en nadien werd de dries 1 meter diep omgespit en een periode afgezet. Hij werd met canadapopulieren beplant die er niet wilden gedijen. Daarom werden er andere bomen aangeplant die overeenkomen met het huidige boomareaal (voornamelijk berken maar ook robinia’s, abeel, beuken es, amerikaanse en zomereiken en esdoorns). Centraal aan de dries staat de Sint- Rochuskerk van Sombeke, deze werd tussen 1639 en 1643 opgetrokken. In 1888 werd het oude koor afgebroken en vervangen door een nieuw, een kruisbeuk en twee sakristijen. In 1890 werd het houten torentje afgebroken en een nieuwe stenen toren op de voorgevel gebouwd. Het kasteel van Sombeke, in de meersen, werd vermoedelijk in het begin van de 18e eeuw gebouwd. De oorspronkelijke inrijpoort is nog intakt. In de Smoorstraat bevindt zich nog een oude schandpaal, uit 1699 daterend. Bovenop deze schandpaal ziet men een zittende leeuw, die het wapenschild van de toenmalige heer van Sombeke vasthoudt. De Mirabrug over de Durme verbindt Hamme met Elversele. Het betreft een drie-delige brug met twee vaste aan landhoofden verbonden gedeelten en een draaibaar middengedeelte, over de Durme. De zgn. “Mira- brug” dankt haar naam aan haar rol als decor in de bekende Vlaamse film “Mira”. Er bestaan nog vaste gedeelten die van 1896-1899 dateren. Het oorspronkelijke, draaibare middenstuk werd in 1922 vervangen.

Landschapswaarden

Wetenschappelijke waarde

De oude meander van de Durme is nu een stilstaand water, deze meander werd in 1934-35 bij de rechttrekking van de Durme afgesneden. De schorren zijn één van de weinige overblijvende zoetwatergetijdengebieden in Oost-Vlaanderen. De rietsnijderij is een klein natuurreservaat op een breed aangeslibd zoetwaterschor langs de Durme.

Historische waarde

De Oude Durme werd rond 1935 afgesneden door het graven van een nieuwe loop voor een betere scheepvaart. In de Rietsnijderij werd vroeger riet versneden en verwerkt tot rietmatten. Het landgebruik op Ferraris (ca. 1775) was permanent grasland, nu is dat ook akkerland en bos. De structuur van het kasteeldomein en de dries van Sombeke is herkenbaar op Ferraris en is in onbebouwde toestand, omgeven door een identieke wegenstructuur, bewaard gebleven.

Esthetische waarde

Oude arm van de Durme heeft kronkelend verloop. Op de schorren komen rietvelden en struwelen voor. De dries en het kasteeldomein liggen aan het cuestafront.

Sociaal-culturele waarde

De Mirabrug over de Durme verbindt Hamme met Elversele. De zgn. “Mira- brug” dankt haar naam aan haar rol als decor in de bekende Vlaamse film “Mira” of “de tereurgang van de waterhoek”. Het beroep van rietsnijders is in ons land thans volledig weggekwijnd. Voornamelijk economische factoren liggen hier aan aan de basis. Af en toe wordt het oude ambacht in het reservaat de “Rietsnijderij” nog eens beoefend.

Ruimtelijk-structurerende waarde

De Oude Arm van de Durme en de eigenlijke Durme zijn door dijken omringd. De schorren liggen buiten de dijken, deze zijn met wilg en riet beplant. De meersen die om de waterlopen liggen zijn met lineaire beplanting omringd. Aan het cuestafront bevindt zich het gehucht Sombeke. Het kasteel van Sombeke ligt nog in de meersen, het is via een straat met de hoger gelegen Dries verbonden.

Landschapselementen en opbouwende onderdelen

Geomorfologie/hydrografie

Microreliëf:
  • microreliëf
  • talud
Macroreliëf:
  • macroreliëf
  • steilrand
  • markante terreinovergang

Cuesta van het Waasland

Hydrografische Elementen:
  • waterloop
  • rivier
  • beek
  • vallei
  • meander
  • oude rivierarm

Durme, Oude arm Durme, Rodebeek, bron

Moerassige gronden:
  • moeras
  • veen
  • rietland

Geologie:

Vlaamse Vallei

Elementen van bouwkundig erfgoed, nederzettingen en archeologie

Koeren en hovingen:
  • park
Nederzettingspatronen:
  • dries
  • gehucht
Kastelen, landgoederen en aanhorigheden:
  • kasteel
Kerkelijk erfgoed:
  • kerk
Klein historisch erfgoed:
  • schandpaal

Archeologische elementen:

Elementen van transport en infrastructuur

Wegenis:
  • weg
  • pad
Spoorweg:
  • verlaten spoorweg

oude spoorwegdijk van spoorweg 56 Sint-Niklaas- Hamme- Dendermonde

Waterbouwkundige infrastructuur:
  • dijk
  • brug
  • grachtenstelsel

Mirabrug

Elementen en patronen van landgebruik

Lijnvormige elementen:
  • dreef
  • bomenrij
  • houtkant
  • knotbomenrij
  • perceelsrandbegroeiing
Kunstmatige waters:
  • turfput
Topografie:
  • blokvormig
  • onregelmatig
Historisch stabiel landgebruik:
  • meersen
Typische landbouwteelten:
  • hoogstam
Bos:
  • loof
  • broek
  • hakhout
  • middelhout
  • hooghout
  • struweel

bronbosje

Bijzondere waterhuishouding:
  • polder
  • uiterwaarden
  • buitendijks

Zoetwaterschorren van de Durme

Opmerkingen en knelpunten

Naast de turfputjes liggen er weekendverblijven en visserskoten. Moderne verkavelingen liggen aan de grens van de ankerplaats en zijn visueel bepalend.