R20081: Holle wegen landschap van Hoegaarden, Opvelp, Willebringen, Vertrijk, Vissenaken

Verstoring:

Herkenbaarheid: 3

Samenhang: 2

Gaafheid: 2

Wetenschappelijke waarde:

De valleitjes tussen de kouters zijn van groot bio-ecologisch belangen zijn voor een groot deel natuurreservaat. Enkele Romeinse villa’s opgegraven. Circulaire structuren zichtbaar vanuit de lucht: brons- en ijzertijd of Romeinse grafheuvels. Versteend oerwoud in de ondergrond ter hoogte van de E40. In de valleien nog belangrijke fauna en flora. In het landschap nog sporen (taluds en steilranden) van kalkzandsteenopgravingen. Midden-Paleolitisch, Mesolithischen M midden-Neolitische vondsten.

Historische waarde:

Door de vruchtbare bodem werd het land zeer vroeg reeds omgezet in uitgestrekte kouters.De kouter ten Oosten van Vertrijk is weinig gewijzigd t.o.v. de situatie zoals ze door Ferraris gekarteerd werd. Het tracé van een Romeinse heirbaan komt overeen met de weg tussen Vertrijk en Roosdaal. Vissenaken: Het kouterlandschap ten zuidwesten van Vissenaken is zo goed als niet gewijzigd sinds Ferraris. Bepaalde percelen zijn van vorm gewijzigd. Remmelenveld-Hazeberg: Het weinige bos dat er ten tijde van Ferraris was is na Van der maelen verdwenen. Het enige groen in de kouter ligt langsheen de steilste taluds. De evolutie van de perceelsvormen doet vermoeden dat er private ruilverkavelingen plaatsvonden. Op de MGI kaart van 1948 zijn er kleine cirkelvormige taluds te zien tegen de hellingen, dat waarschijnlijk oude afgravingen zijn (Waarschijnlijk een galerij van een ondergrondse Goberangekalkzandsteengroeve). Op de orthofoto is er slecht 1 meer te bespeuren en die is volledig begroeid en vormt zo een minuscuul groen eiland in het landschap. Honsem-Hoksem-Babelon: In het open landschap liggen aan de rand van de lager gelegen delen, de vochtige valleitjes, de 3 gehuchten die sinds Ferraris weinig gewijzigd zijn. De verspreide bewoning is tussen Ferraris en begin 1900 wat toegenomen op plaatsen waar reeds bewoning was maar is nadien niet meer toegenomen. De stijlste hellingen waren reeds ten tijde van Ferraris bebost maar de bebossing in de vallei is pas na Van der Maelen begonnen. De aanplanting van perceelsrandbegroeiing rond de weiden gebeurde eveneens in de tweede helft van de 19de eeuw. Hierdoor nam het contrast tussen het gesloten landschap van de valleien en het hoger gelegen open plateau nog toe. Ook hier wijst de perceelsvormveranderingen op een private verkaveling. Sint-Jans-College: Dit is een kasteelpark dat na Van der Maelen werd aangelegd in een zijvalleitje van de Molenbeek. Na 1948 werd het kasteel omgevormd tot een verzorgingsinstituut en werd het park verwaarloosd en beplant met populier. Hoegaarden-Houtem:Het holle wegennet onderging sinds Ferraris weinig wijzigingen, in het eerste deel van de twintigste eeuw werd een deel van de holle wegen verhard. De bewoning in de 2 gehuchten Nerm en Aalst ligt in de vallei van de Nermbeek. Houtem daarentegen ligt bovenop het plateau. De 3 gehuchten bestonden reeds ten tijde van Ferraris, de bewoning is sindsdien enkel toegenomen binnen de gehuchten. Ter hoogte van het kouterhof is er de laatste 100 jaar bewoning gekomen op een voorheen onbewoonde omgeving. De beemden van Broekbeek en de Rasdelbeek zijn pas na 1900 bebost.

Esthetische waarde:

Een enorm uitgestrekt open en golvend landschap met en heus netwerk van holle wegen. Tussen de kouters liggen de kleine valleitjes die een meer gesloten landschappelijk karakter hebben door de bewoning, perceelsrandbegroeiing en de percelen bos. Er liggen een aantal landelijke gehuchten en dorpjes met nog heel wat 18de eeuwse woningen en vierkantshoeves.

Beleidswenselijkheden:

Behoud van de holle wegen (zonder wegdek) en een natuurvriendelijk wegbermbeheer. Verdere uitbouw van de beekvalleitje als groen gesloten lint in het open landschap.