Vallei van de Zeverenbeek

Ankerplaats ID:A40010

Landschap

Omschrijving

De Zeverenbeek, op grondgebied van Zeveren (Deinze) gelegen, behoort tot het stroomgebied van de Leie. De broeken zijn doorsneden door evenwijdige dwarssloten die gedurende de zomer voor het grootste deel droogstaan. Een belangrijke afwateringsgracht loopt evenwijdig met de Zeverenbeek. Het Leiedal vormt een zuidelijke uitloper van de Vlaamse Vallei, deze werd ten gevolge van verschillende erosiefasen tot op het peil -15m uitgeschuurd. Morfologisch maken de Broeken deel uit van het complex van zandruggen van Oostrozebeke- Zeveren, die zelf deel uitmaken van de Leievallei. De Leievallei vertoont tussen Sint- Baafs- Vijve en Deinze een opmerkelijke asymmetrie met in het westen een uitgesproken microreliëf; kenmerken is de opeenvolging van ruggen (hoger dan 15m) en valleien met een vlakke bodem (8m). De Zeverenbeek ligt in een van die valleien tussen twee ruggen. Op de zuidelijke rug is de weg Deinze- Tielt gelegen, op de noordelijke de Izegemstraat. Het oostelijk deel van de Leievallei is lager gelegen en heeft een minder uitgesproken microreliëf. De vallei van de Zeverenbeek is een zuidelijke uitloper van de Vlaamse Vallei. De opvulling van deze diepe Pleistocene vallei nam in het Eemiaan een aanvang. De belangrijkste opvullingsfase was tijdens het Weichsel. Hierbij werden fluvio- eolische dekzand en löss afgezet. De löss was afkomstig vanuit Scandinavië, de dekzanden waren van lokale afkomst. De dekzanden waaien op en werden in rugvormige structuren afgezet. Het is op deze zandige verhevenheden dat later de kouters tot stand kwamen. Ten zuidoosten van de Leie zijn de kouters er zandig, in het noordwesten van de Leie bestaan ze eerder uit licht zandleem en lemig zand. Op de Ferrariskaart zien we dat enkele percelen bossen zich eerder op de droge ruggen ten noorden en zuiden van de Zeverenbeek bevinden. In de beekvallei waren er moerassen en hooiweiden. Op de topografische kaart van 1862 zien we dat in deze toestand verandering gekomen is. De broeken, bestaande uit elzenbossen en ruigtkruidenvegetaties, zijn reeds bebost, een toestand die onveranderd bleef tot nu. Enkel de Blekerij blijft grotendeels uit graslanden bestaan, deze werden tot voor kort gehooid. De bospercelen op de ruggen werden in akkerland omgezet. De huidige bakstenen kerk werd in 1861-62 gebouwd op basis van een 14e eeuws kerkje dat in 1860 werd afgebroken. De in 1918 opgeblazen toren werd na de oorlog weder opgebouwd. De kerk is gelegen midden van een deels met bakstenen en deels met betonplaten ommuurd kerkhof, met toegang tussen vierkante bakstenen pijlers. De pastorie is ten zuiden van de kerk gelegen. Het betreft een dubbelhuis van 1751 daterend met een ruime, beplante tuin, van het kerkhof afgesloten d.m.v. een gekalkte tuinmuur. Het “Goed ter Vaalt” of “Ter Meersch” is een zetel van de heerlijkheid ter Vaalt, waarvan de oudste vermeldingen opklimmen tot de 14e eeuw en die afhankelijk was van het grafelijk leenhof. In 1577 werd het door Filips II verkocht en vanaf dan verenigd met de heerlijkheid van Zeveren die afhankelijk was van de Oudburg van Gent. Ter Vaalt werd een verblijfplaats van de nieuwe heren. In 1655 werd de heerlijkheid tot baronie verheven. In een openbare verkoop van 1773 veranderde het goed van eigenaar. In de 19e eeuw was het Goed een lustverblijf van burgemeester Cornelis, die het volledig aanpaste. Op die plek staat nu het zogenaamde ‘Oud Kasteel’, een hoeve met woonhuis. De oude kern werd in 1786 serieus aangepast en/of vernieuwd. Haaks achter het woonhuis staan de koetshuizen, die ook serieus verbouwd zijn. De hoevetjes die aan de rand van de Zeverenbroeken staan hebben kernen die tot de 18e eeuw kunnen opklimmen, maar ze hebben voornamelijk een 19e eeuws uitzicht.

Landschapswaarden

Wetenschappelijke waarde

De vallei van de Zeverenbeek is tussen de cuesta van Tielt en het zandig Leie- Schelde interfluvium gelegen. De beekvallei is me zandlemig materiaal opgevuld. Deze beek maakt deel uit van het Leiebekken. In de beekdepressie zijn er voornamelijk vochtige loofbossen.

Historische waarde

Op de Ferrariskaart, 1775, wordt de vallei van de Zeverenbeek door weilanden en meersen, gedeeltelijk met perceelsranden, gekenmerkt. Buiten het meersengebied ligt een meer gesloten landschap met perceelsranden en kleine percelen bos. De bebouwing is gesitueerd aan de rand van de meersen. Voor 1775 zou het gebied ontveend zijn. Op latere topografische kaarten, vanaf 1850, is de vallei bebost. De gebieden buiten de vallei bestaan voornamelijk uit akkers.

Esthetische waarde

De vallei van de Zeverenbeek is duidelijk door de beboste delen te herkennen. De loop van de beek wordt benadrukt door bomenrijen en is visueel waarneembaar in het landschap. De omliggende percelen zijn regelmatig en rechthoekig tot blokkig van vorm, gemiddelde grootte. De bebouwing situeert zich aan de rand van de vallei.

Ruimtelijk-structurerende waarde

Deze vallei is een groen lint tussen de parallel gelegen hogere kouters. De vallei is met broekbos en populierenteelt beplant, hier en daar zijn er nog enkele meersen. De hoeves situeren zich aan de rand van de vallei. Langs de weg Deinze- Aalter is er loodrecht op de vallei een lintbebouwing. De Zeverenbeek maakt deel uit van het Leiebekken, wat verder oostwaarts mondt ze in de Leie uit.

Landschapselementen en opbouwende onderdelen

Geomorfologie/hydrografie

Microreliëf:
  • microreliëf
  • talud
Macroreliëf:
  • macroreliëf
  • steilrand
Hydrografische Elementen:
  • waterloop
  • beek
  • vallei
  • meander
Moerassige gronden:
  • moeras
  • veen
  • rietland

Elementen van bouwkundig erfgoed, nederzettingen en archeologie

Koeren en hovingen:
  • tuin

Pastorietuin

Landbouwkundig erfgoed:
  • hoeve
  • schuur
  • stal
  • wagenhuis
Kerkelijk erfgoed:
  • kerk
  • kapel
  • pastorie

Elementen van transport en infrastructuur

Wegenis:
  • weg
  • pad
  • kerkwegel
  • Oostenrijkse periode
Waterbouwkundige infrastructuur:
  • grachtenstelsel

Elementen en patronen van landgebruik

Puntvormige elementen:
  • bomengroep
  • solitaire boom
Lijnvormige elementen:
  • bomenrij
  • hagen
  • knotbomenrij
  • perceelsrandbegroeiing
Kunstmatige waters:
  • poel
  • turfput
Topografie:
  • blokvormig
Typische landbouwteelten:
  • hoogstam
Bos:
  • loof
  • broek
  • middelhout
  • hooghout
  • struweel

Opmerkingen en knelpunten

Langs de weg van Deinze naar Aalter, de N 409, die de vallei van de Zeverenbeek dwarst, ligt een lintbebouwing in de vallei. Deze bewoning belemmert het zich in oostelijke richting. Over de Blekerij loopt een hoogspanningsleiding, deze is visueel wat storend. Ten oosten van de afbakening liggen in de vallei enkele opgehoogde stukken.