Daknamse Meersen

Ankerplaats ID:A40020

Landschap

Omschrijving

Ten noorden van de bebouwde kern van Lokeren en ten oosten van de Durme ligt het meersengebied van Daknam. De Daknamse Meersen zijn gelegen in een valleigebied van de Durme en hebben een vrij scherpe begrenzing met stuifzanden. Het zuiden en het oosten van die stuifzanden zijn bij de Lokerenaars het best bekend als de Daknamse bossen. Het grootste gedeelte is ingenomen door villabouw langs de Daknammolenstraat. Langs de Kriktestraat is er nog een overgang naar de landduinen die niet bebouwd is. Dit deel is in de ankerplaats opgenomen. Twee rechtlijnige wegen doorsnijden het gebied in noord- zuidrichting: de Daknamstraat met gemotoriseerd verkeer en het wandel- en fietspad op de vroegere spoorwegbedding Lokeren- Moerbeke. Vooral vanaf dit pad krijgen de bezoekers een overzicht van dit gebied. Een slotenstelsel zorgt voor de afwatering van de meersen. De meeste opvallende kenmerken van dit landschap zijn de vele weilanden die omringd zijn door knotwilgen of rietkragen, brede grachten en hier en daar liggen elzen-, wilgen- of populierenbosjes. Dit is niet altijd zo geweest; op de Ferrariskaart zien we op die plaats een open landschap met vochtige graslanden: een meersengebied. Er waren maar enkele percelen met aanplantingen omringd en er waren slechts enkele bosjes. De Daknamstraat was toen een veldweg, die grotendeels een grilliger tracé volgde dan de huidige rechte betonbaan. De militaire kaart van 1870 toont dat de bosjes grotendeels verdwenen zijn en dat op de percelen ten zuiden van Daknamdorp de randbeplanting van de percelen is uitgebreid tot in de meersen. Die gronden waren wellicht al in gebruik genomen als huiskavel van de Daknamse boerderijen. Nadat de invloed van de getijden en de werking van de sluizen was verdwenen, werd de afwatering van de Daknamse meersen verzekerd door de bouw van de pompstation in 1951. Door het gebruik van de pompen had het polderbestuur de waterhuishouding veel beter onder controle, wat aanleiding gaf tot een zekere verdroging van het gebied. In diezelfde periode wijzigden de landbouwgebruiken op een aantal percelen. Men begon er met het hooien of inkuilen van raaigras op percelen die vroeger steeds voor de akkerbouw of als graasweide werden gebruikt. Hierdoor verdween in de Daknamse Meersen op een aantal percelen het eeuwenoude gebruik als hooiland en werd er overgeschakeld op begrazing met runderen. Daarbij hoorde een weideafsluiting met de toen klassieke knotwilgen en prikkeldraad. Een ander gevolg van het gebruik van de pompen was een toenemende vertuining vanaf de zuidelijke grens van de meersen. Een aantal bewoners van de nabije woonwijk kochten zich een perceel grasland om het te gebruiken als tuin. De meeste van deze volkstuintjes werden met knotwilgen of een houtkant afgeboord. Zo ontstond tussen 1950 en 1970 rondom veel percelen de huidige kleinschalige randbeplanting. Verschillende bepalingen uit de bescherming als landschap werden nooit gerespecteerd; deze betreffende de bemesting en het in stand houden van de waterpeilen. Vroeger werd aangenomen dat in het meersengebied een opeenvolging van oude meanders zou moeten te vinden zijn. Melkebeke heeft in 1995 vele boringen in het gebied uitgevoerd en hierbij werd er geen oude rivierarm aangetroffen. Wel bleek dat de meersen hoofdzakelijk met een dunne laag klei en zandige klei, afkomstig van overstromingen uit de laatste eeuwen. Onder deze afzettingen liggen zones met resten van schelpen en venig materiaal. Om een natuurvriendelijk waterpeil in te stellen is het bouwen van stuwen noodzakelijk. Vanaf 1997 is al een stap in de goede richting gezet door het beter afstellen van de pompen, zodat een meer constant waterpeil behouden blijft. De waterkwaliteit baart eveneens zorgen. Op minstens vijf plaatsen komt vervuild rioolwater in het gebied. Een ander knelpunt is de vertuining en het illegaal bouwen in de meersen. De kerk van Daknam ligt aan de rand van het dorp op een lichte verhevenheid. Aan de andere kant begint het meersengebied. De O.-L.- Vrouwkerk is door een kerkhofje, met een lage, witte muur, omringd. De kerk is gedeeltelijk nog een romaanse kruiskerk. Op het voorplein staan hoogstammige bomen.

Landschapswaarden

Wetenschappelijke waarde

De Daknamse meersen zijn in nat valleigebied gelegen. De getijdewerking is pas verdwenen in 1953, na het afdammen van de Durme in Lokeren. In het noorden en het oosten van het gebied zijn landduinen aanwezig, ze zijn ongeveer 1 meter hoger dan de aanpalende meersen. Op bepaalde percelen is een rijke flora aanwezig.

Historische waarde

Op de Ferrariskaart zien we meersen en natte weilanden, met een netwerk aan kleine grachten, die zorgen voor de afwatering. Later wordt het gebied veel kleinschaliger met perceelsrandbegroeiing en enkele bospercelen. De Daknamse meersen worden doorsneden door de oude spoorwegberm Lokeren - Moerbeke. Er zijn enkele kerkwegels aanwezig.

Esthetische waarde

Het betreft hier een zeer kleinschalig landschap met hooilanden, rietveldjes, natuurlijk ontwikkelde bosjes, knotwilgenrijen en een erg nat grasgebied. Kleine percelen hooiland en grasland worden begrensd door grachten met open water of zijn begroeid met een verlandingsvegetatie, al dan niet omzoomd met knotwilgen en elzenstruiken.

Sociaal-culturele waarde

Er is passieve recreatie vanop de spoorwergberm en rivierdijk mogelijk.

Ruimtelijk-structurerende waarde

De meersen liggen, ten noorden van Lokeren, langs de Durme verspreid. De voormalige spoorwegberm doorsnijdt het gebied, van daarop en vanop de rivierdijk is er het beste zicht op het meersengebied. Het landschap is door de perceelsrandbegroeiing gecompartimenteerd, er is een afwisseling tussen weiden, akkers en bospercelen. De omliggende hogere landduinen zijn bijna volledig door bewoning ingepalmd.

Landschapselementen en opbouwende onderdelen

Geomorfologie/hydrografie

Microreliëf:
  • microreliëf
  • talud
Macroreliëf:
  • macroreliëf
  • landduin
  • rivierduin
  • markante terreinovergang
Hydrografische Elementen:
  • waterloop
  • rivier
  • beek
  • vallei
  • meander
Moerassige gronden:
  • veen
  • rietland

Geologie:

Vlaamse Vallei

Elementen van bouwkundig erfgoed, nederzettingen en archeologie

Kerkelijk erfgoed:
  • kerk

Kerk van Daknam

Elementen van transport en infrastructuur

Wegenis:
  • weg
  • pad
Spoorweg:
  • verlaten spoorweg

geasfalteerd

Waterbouwkundige infrastructuur:
  • dijk
  • pompgemaal
  • grachtenstelsel

Elementen en patronen van landgebruik

Puntvormige elementen:
  • bomengroep
  • solitaire boom
Lijnvormige elementen:
  • bomenrij
  • knotbomenrij
  • perceelsrandbegroeiing
Kunstmatige waters:
  • turfput
Topografie:
  • blokvormig
  • opstrekkend
  • onregelmatig
  • historisch stabiel
Historisch stabiel landgebruik:
  • permanent grasland
  • meersen
Typische landbouwteelten:
  • hoogstam
Bos:
  • naald
  • loof
  • broek
  • hakhout
  • hooghout
  • struweel

niet typisch voor een meersengebied

Bijzondere waterhuishouding:
  • vloeiweide

vermoedelijk voorheen vloeiweide

Opmerkingen en knelpunten

Om een natuurvriendelijk waterpeil in te stellen is het bouwen van stuwen noodzakelijk. Vanaf 1997 is al een stap in de goede richting gezet door het beter afstellen van de pompen, zodat een meer constant waterpeil behouden blijft. De waterkwaliteit baart eveneens zorgen. Op minstens vijf plaatsen komt vervuild rioolwater in het gebied. Een ander knelpunt is de vertuining en het illegaal bouwen in de meersen. Het sportstadion is tot diep in de Daknamse meersen uitgebreid.