Dendermeersen tussen Mespelare en Wieze

Ankerplaats ID:A40029

Omschrijving

De afbakening omvat de Dendermeersen tussen Wieze en Mespelare. Wieze is van de omliggende dorpen de enige plaatsnaam die reeds in de 5e eeuw vermeld wordt. Dit is toe te schrijven aan de Heer van Wise, die een rechter was in de Brabantgouw. De ouderdom van de kerk gaat vermoedelijk tot de Karolingische tijd of zelf vroeger terug. In het feodaal regime was Wieze ingedeeld in twee totaal verschillende heerlijkheden. Enerzijds had me Wieze Land van Aalst, dat bestuurd werd door de Heren van Wieze en anderzijds had men de Vrijheerlijkheid van Moorsel Gevergem en Wieze Kapittel, dat bestuurd werd door het kapittel van de O.-L.- Vrouwekerk van Dendermonde. Deze laatste heerlijkheid bezat een vrijdom waardoor haar inwoners vrij waren van belastingen, karweien en erfdienstbaarheden. Het gevolg van deze vrijdom was dat landbouwers en neringdoeners zich op Wieze Kapittel kwamen vestigen. Zij kunnen aanzien worden als de grondleggers van de latere biernijverheid te Wieze. De heerlijkheid van Wieze Land van Aalst, op wiens grondgebied de kerk, het kasteel en een molen stonden, was het symbool van het dorp. Wieze Kapittel had een grote voornaamheid door het numeriek overwicht van de bevolking en het economische belang. Doordat de parochie en de kerk de inwoners van beide heerlijkheden tot één gemeenschap verbonden, was de dualiteit in het dagelijks leven nauwelijks voelbaar. Na het einde van het Oostenrijks bestuur kwam er een eind van het feodaal systeem. Op het Wiezeplein staat de H.H. Salvatorkerk. De stijl en het uitzicht van de kerk dateren van 1872 toen het schip met ruim 7.50m werd verlengd. De verschillende vormen en maten van de zandsteen dragen de sporen van de tijd en van herhaalde verbouwingen van de bidplaats, die volgens de geschiedschrijvers in de 14e en 15e eeuw werd verbouwd tot een driebeukige laatgotische kerk. Het Neerhof wordt reeds in 1350 vermeld en was een eigendom van de Heren van Wieze. Tussen 1643 en 1652 werd het door de familie van Yedeghem verkocht aan de familie van baljuw Joos Beeckman- Verbruggen. In 1653 werd het verbouwd. De initialen G.D.H. in de puntgevel van de stallen verwijzen naar Guillielmus De Hauwere (+1792), eigenaar vanaf 1761 en enkele jaren burgemeester va Wieze Kapittel. De Dender werd in 1769 gekanaliseerd, hij heeft hier een breedte van ongeveer 30 meter. Op de linkeroever werd een dijk gebouwd voor de paarden die de schepen zouden trekken. De plannen voor deze grootse onderneming werden getekend door Benedictus Peelman toen landmeter en schepen van Wieze. Ook op de linker oever ligt het vroegere sashuis. Op de brug van Wieze werd aan beide zijden in het midden van de metalen borstwering een bronzen plaat aangebracht met als hoofdvermelding ‘Wiezebrug”. Deze felomstreden brug werd in 1972 gebouwd. De oude sasbrug ligt in een bosje verscholen. Deze brug werd omstreeks 1866 gebouwd. Bij de bouw van de nieuwe brug werd ze verplaatst en als historisch monument naast de nieuwe brug opgesteld. In het kasteelpark stond tot in 1962 het kasteel; dit kasteel is vermoedelijk in de 9e of 10e eeuw ontstaan. Het was een brede burcht, omgeven door grote wallen. Deze vestiging was de woonplaats van de heren van Wieze. In 1557 werd het kasteel verbouwd door Jacob van Yedeghem, heer van Wieze. Het kasteel was met een rechte dreef met de kerk verbonden. Dit kasteel werd in het begin van de19e eeuw afgebroken. De westelijke hoektoren is bewaard gebleven . met het verdwijnen van het oude, bouwde de familie de Clerque-Wissocq in dezelfde periode een nieuw kasteel en voerde aanzienlijke uitbreidingen en verandering door, o.m. het afschaffen van de dreef tussen kerk en kasteel. Het kasteel werd in 1962 weerom afgebroken en door een landhuis vervangen. Het park heeft een oppervlakte van ruim 12 hectaren. De westelijke hoektoren van het middeleeuws kasteel, de ijskelder en de conciergewoning (de vroegere paardestallen) zijn thans de enige getuigen die herinneren aan een groots verleden. De oudste delen van de Romaanse éénbeukige kerk van Mespelare, nl. beuk en koor, gaat terug tot het laatste kwart van de 12e eeuw. De massieve westtoren zou aangebouwd zijn omstreeks 1300 en is voorzien van een rondbogige galmgaten en een hoge achtkantige stenen spits. De kruisbeukarmen werden in het begin van de 15e eeuw aangebouwd. De sakristie en de zuidelijke aanbouw werden omstreeks 1650 opgetrokken. De torenbekroning werd na een blikseminslag in 1756 in haar huidige vorm herbouwd. De toren herbergt een beiaard met 21 klokjes. De schandpaal voor de kerk is een eenvoudige ronde zuil in blauwe hardsteen bovenop twee ronde treden. Toen in 1634 de heer van Mespelare de relieken van Sint- Aldegondis aan de kerk van Mespelare schonk, volgde er een enorme toeloop aan gelovigen die er deze volksheilige kwamen aanroepen. De heren van Mespelare, die meestal in Antwerpen verbleven, schonken toen allerlei goederen aan de kerk, de pastoor en de koster. Het Spaans huis werd gebouwd ter ere van Sint- Aldegondis, dit in 1643. Het werd gebruikt ten behoeve van de pelgrims. De Dendermeersen liggen in een oostelijke uitloper van de Vlaamse Vallei tussen Dendermonde en Denderleeuw. De breedte van de Vallei bedraagt ongeveer 2,6 km, ze heeft zich uitgeschuurd in de Panisiliaanse zandige klei. De dorpskern van Mespelare ligt op een hoger gelegen deel bestaande uit Paniseliaanse zandige klei. In het alluviale gedeelte van de vallei heeft zich sedert het Atlanticum een veenpakket gevormd. Er komen enkele oude rivierarmen voor die ontstaan zijn door het natuurlijk afsnijden van meanders door de Dender zelf ofwel door het kunstmatig rechttrekken of de kanalisatie van de Dender in 1781. Rond de Dender ontstonden enkele zandige oeverwallen, de overige komgebieden bestaan uit klei.

Landschapswaarden

Wetenschappelijke waarde

Dit gebied maakt deel uit van de Dendervallei. De oude loop van de Dender herkenbaar in het zuidwestelijke deel van de ankerplaats. Centraal in het gebied, dat deel uitmaakt van de Vlaamse Vallei, loopt de gekanaliseerde Dender. De dorpskernen bevinden zich op een lichte Tertiaire verhevenheid.

Historische waarde

De toestand op Ferraris (ca. 1775): een meersgebied met kleine percelen bos. De huidige vorm en structuur zijn duidelijk herkenbaar op de kaart van Ferraris, Vandermaelen (ca. 1850) en MGI 1/20,000 (ca. 1949). Het toponiem Wieze dateert al van in de 5e eeuw. Het kasteel gaat terug op een site vanuit de 9e of 10e eeuw, het was vroeger via een dreef met het dorp verbonden. Mespelare, met een schandpaal voor de kerk, is vooral gegroeid sinds de pelgrimstoeloop voor de relieken van Sint- Aldegondis. Ook het Spaans Huis dateert vanuit die periode.

Esthetische waarde

Er liggen kleine regelmatige percelen in een bocht rond de Dender. Het betreft overwegend weiland met perceelsranden en kleine percelen bos; dit vormt een gecompartimenteerd landschap. Er zijn verschillende zichtpunten aanwezig.

Sociaal-culturele waarde

Toen in 1634 de heer van Mespelare de relieken van Sint- Aldegondis aan de kerk van Mespelare schonk, volgde er een enorme toeloop aan gelovigen die er deze volksheilige kwamen aanroepen. Het Spaans huis werd gebouwd ter ere van Sint- Aldegondis, dit in 1643. Het werd gebruikt ten behoeve van de pelgrims.

Ruimtelijk-structurerende waarde

De gekanaliseerde Dender loopt dwars door het gebied. Daaromheen liggen de Dendermeersen met de oude rivierarmen en enkele beken. De meersen liggen voornamelijk onder weiden met perceelsrandbegroeiingen, er zijn ook nog enkele percelen bos. De dorpjes Wieze en Mespelare liggen op een Tertiaire opduiking aan de rand van de vallei.

Landschapselementen en opbouwende onderdelen

Geomorfologie/hydrografie

Microreliëf:
  • microreliëf
  • talud
Macroreliëf:
  • heuvel
  • steilrand
Hydrografische Elementen:
  • waterloop
  • rivier
  • beek
  • vallei
  • meander
  • oude rivierarm
Moerassige gronden:
  • veen

Geologie:

Vlaamse Vallei

Elementen van bouwkundig erfgoed, nederzettingen en archeologie

Koeren en hovingen:
  • tuin
  • park
  • hof

Kasteelpark van Wieze, Spaans Hof, pastorietuin Mespelare

Nederzettingspatronen:
  • plein
  • gehucht

kerkplein van Wieze en Mespelare

Kastelen, landgoederen en aanhorigheden:
  • toren
  • landgoed
  • ijskelder
  • kasteelgracht
Bouwkundig erfgoed:
  • (heren)woning
  • afspanning

Spaans Hof

Landbouwkundig erfgoed:
  • hoeve
  • schuur
  • stal

Neerhof

Kerkelijk erfgoed:
  • kerk
  • kapel
  • pastorie
Klein historisch erfgoed:
  • schandpaal

voor de kerk van Mespelare

Andere:

Elementen van transport en infrastructuur

Wegenis:
  • weg
  • pad
Waterbouwkundige infrastructuur:
  • kanaal
  • dijk
  • sluis
  • lijnpad

Elementen en patronen van landgebruik

Puntvormige elementen:
  • bomengroep
  • solitaire boom
Lijnvormige elementen:
  • dreef
  • bomenrij
  • hagen
  • knotbomenrij
  • perceelsrandbegroeiing
Kunstmatige waters:
  • vijver
Topografie:
  • onregelmatig
Historisch stabiel landgebruik:
  • permanent grasland
  • meersen
Bos:
  • loof
  • hooghout

Opmerkingen en knelpunten

In de meersen verdwijnt op sommige plaatsen de weilandfunctie en komen er meer bossen in de plaats.